
“Laat mij maar een ijskonijn zijn
als dat betekent dat ik loslaat vanuit onvoorwaardelijke liefde.”
Zoals gezegd, het onderwerp van de week: loslaten.
Iets waar ik inmiddels dusdanig goed in ben, dat ik wel eens de bijnaam ‘ijskonijn’ naar mijn hoofd kreeg geslingerd. Omdat men vond dat het bij mij zogenaamd zo ‘makkelijk’ gaat. Ik gooi geen drama, stuur geen voicemails van drie kwartier en post geen wekenlange cryptische quotes.
Nou ken ik er toevallig eentje, ze heet Ice en is een konijn. Ze woont sinds een kleine twee weken bij mij, en wat grappig toeval is, is dat we nogal op elkaar lijken qua karakter. Maar wat we vooral gemeen hebben, is dat we beiden heel zacht en schattig zijn. Die naam doet ons geen eer aan. Daarom kunnen we het ook goed met elkaar vinden, denk ik.
We zijn samen dan ook een fantastisch voorbeeld van hoe dat loslaten nou precies werkt.
Afscheid
Je zou misschien denken dat mijn ‘slechtste’ verhaal het meest pittige was om te verwerken de afgelopen jaren. Maar wat ik vooral moeilijk vond, was het vele loslaten wat daarbij kwam kijken. Dat was een soort domino-effect, want zoals ik al aangaf: ik pakte de bezem erbij, en het bleef niet bij één iemand. Ik heb net genoeg aan twee handen, en al die mensen betekenden ooit heel veel voor mij.
Ik wou dat ik hier wat grappigs over kon zeggen, maar hier kan zelfs mijn brein niks geinigs van maken op kwetsbare momenten. Doet gewoon pijn.
Uiteindelijk valt het prima om te buigen hoor. Zoals toen ik na 14 jaar weer vrijgezel werd en eindelijk geen moppers meer kreeg over mijn nachtfratsen. Ja, je moet echt een coma-slaper zijn bij mij, want ik ben in mijn slaap nog net zo beweeglijk als overdag. Kan ik niks aan doen.
Maar goed, het feit dat ik nu achterstevoren in zeestermodus wakker kan worden zonder gedoe, verzachtte niet per se het feit dat ik o.a. afscheid moest nemen van iemand met wie ik bijna (tot dusver) mijn halve leven heb gedeeld.
Daarbij komt dat, zoals ik al zei, ik het opmaken van mijn bed een heel moeilijk klusje vind, en dat moet ik nu dus — vanwege mijn karatekicks — dagelijks zelf opnieuw doen (deed hij altijd). Dus misschien is dat ook geen winst? Hmm, slecht voorbeeld, laten we dit snel vergeten.
Kiezen
Ik weet wel waarom ik er ‘goed’ in lijk — of ben — dat loslaten. Het mag duidelijk zijn dat de persoon in mijn ‘slechtste’ verhaal zijn interesse in mij, als persoon ‘Elise’, al was verloren en geen meerwaarde meer zag.
Is zijn goedrecht.
Maar ik weet dingen over hem. Niet dat dat iets goedpraat van hoe hij mij heeft behandeld — dat gratis-grabbelton-gebeuren was écht nergens voor nodig — maar het verklaart wel waarom hij niks meer met mij kon.
Hij durfde niet los te laten. Hij durfde de waarheid niet in de ogen aan te kijken, want dat zou betekenen dat actie leidt tot reactie. Wat in zijn geval betekende dat hij iets moest loslaten. Daar had hij blijkbaar niet zoveel zin in of zo. Ik heb eigenlijk geen idee wat de reden was, want ik ben overal zelf achter gekomen.
Tja, geduld is een schone zaak.
Mijn moeder heeft een favoriet wijsheidstegeltje:
“Al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt het wel.”
Mooi, mams. Spijkers met koppen!
Pak een stoel en lean back.
Wat ik wél weet, is dat het oneerlijk was en egoïsme ten top. Ik had de waarheid misschien niet leuk gevonden, maar dat is aan mij om mee te dealen. Ik vind het persoonlijk wat ver gaan om mij aan iemands voeten te werpen en al over de grond slepend iemand te smeken om ALSJEBLIEFT voor mij te kiezen.
Ik kan een hele powerpointpresentatie maken met voor- en nadelen van mij in jouw leven, maar dat vind ik een apart verzoekje. Ik wil best tijd geven, maar dan ga ik ondertussen ook gezellige dingen doen. Ga ik lekker in de ballenbak spelen of zo. Blijf ik voor zolang ik het het waard vind en me vermaak. Ik blijf daar alleen niet zitten wachten totdat iemand omroept: ‘Mevrouw De Witte, wilt u zich alsjeblieft melden bij de balie, de uitslag is bekend’.
Liefdevolle waarheid
Maar goed, stel dat ik iemand nog wel de moeite waard vind — en diegene zegt uiteindelijk: ‘sorry, maar mijn voorkeur gaat toch uit naar iemand anders’ — dan zeg ik: jammer, maar ik wens je oprecht je mooiste leven!
Ik kan in herhaling vallen over scheve verhoudingen en dat soort ongein, maar daar heb ik geen zin in. Het staat hier al, hoe ik daarover denk. Wat ik alleen nog wil toevoegen, is dat dit voor álle mensen geldt die niet meer in mijn leven zijn. Wat voor sommigen veelzeggend is: ik ben 9 van de 10 keer degene geweest die wegliep om vervolgens gewoon mijn eigen leven weer te gaan doen. Geruisloos. Zonder “sorry, ik heb me bedacht” of “ik heb een foutje gemaakt”.
Alvorens ik wegloop, heb ik er al goed over nagedacht en alles gedaan — binnen mijn macht — om tot een oplossing te proberen komen. En soms groei je ook gewoon uit elkaar. Dat hoort erbij. Maar wat mij betreft kun je dat gewoon afronden in goede harmonie, met een dikke high five als afsluiter.
Bij mij verbrak de meerderheid trouwens gewoon de gehele communicatie — zonder aankondiging of reden.
Zelf weten, maar ik vind dat wat minder netjes.
Daarom zijn er ook mensen op deze aardbol die mij liever ontlopen of niks durven zeggen.
Ik sluit namelijk wél graag face to face af, met de liefdevolle waarheid.
(Mag best pijn doen.)
Want ik vind dat iedereen daar recht op heeft — dat heet fatsoen bij mij.
Mag je vriendelijk voor bedanken, maar als je me aanspreekt omdat we toevallig in of bij dezelfde omgeving of mensen beland zijn, en je een biertje met me wilt drinken, krijg je ‘m alsnog.
Weten ze ook.
En vinden sommigen spannend.
Snap ik niet — want ik ben heel lief.
Wie weet zeg ik zelfs sorry als dat terecht is.
Of niet, want dat heb ik dan allang gedaan.
BOEH.
Kans of les
Sinds ik vrijgezel ben, zijn er ook heel veel nieuwe mensen op mijn pad gekomen.
Soms is dat een kans en soms een les.
Er zijn een paar hele mooie aanvullingen bijgekomen —
maar er zijn er ook weer wat vertrokken.
Dus moest ik opnieuw loslaten, en liep ik zonder tegensputteren weer weg.
Voor velen wordt dat gezien als een ‘afwijzing’ of ‘niet goed genoeg’.
Maar daar komt het stukje ombuigen weer om de hoek:
ik doe je een plezier.
Er zijn mensen waarvan ik wilde dat ze mij hetzelfde hadden gegund.
Zo ‘eenvoudig’ werkt het echt bij mij, ja. Maar veel mensen trekken daar hele bijzondere conclusies uit. Alsof het niet raakt. Iets met ‘uit het oog, uit het hart’, of zo? Maar hou eens op zeg — daar zaten complete voltreffers tussen.
Ze zeggen wel eens dat scherven geluk brengen. Ik hoop het, want dat hartje van mij heeft het flink te verduren gehad.
Shout-out naar de uitvinder van het lijmpistool.
Zou ook betekenen dat me nog waanzinnige dingen te wachten staan
(kan ik al beamen — het begint zich steeds meer uit te betalen).
Het loslaten ging misschien ogenschijnlijk makkelijk, maar geloof me: intern waren de gevolgen net zo voelbaar. Ook ik vond dat moeilijk en moet daar van huilen.
Hartendiefjes
In mijn laatste verhaal vertelde ik al dat ik op dit moment ook los moet laten. Kort geleden kwam er iemand op mijn pad die ik niet aan zag komen, en die zo met 130 mijn hartje binnen sjeesde.
Completely blindsided was ik, en gelijk he-le-maal verkocht.
Fuck, er gaan misschien mensen afhaken bij dit verhaal — maar lees het maar alsof het een prins op het witte paard was. Is niet zo. Het was een wit babykonijntje.
Want ja, bij mij gaat het dan meteen over meer dan één konijn.
Is voor mij hetzelfde als een mens, want ik ben een enorme dierenhebster (mocht dit nog niet duidelijk zijn). In de ogen van sommigen tot overdreven aan toe. Mag je vinden. Maar om weer even terug te komen op het geloof: ik geloof 100% in The Circle of Life. Ik maak een diepe buiging voor alles wat moeder aarde aan wezens op deze aardkloot heeft gezet — en ook dat die elkaar vervolgens opeten.
Ik vind het dus ook niet zielig als ik een buffalo compleet uit elkaar zie worden getrokken door een stel leeuwen. Ik wil zelf ook gevarieerd eten. Dus eet ik o.a. regelmatig vis en vlees want tofu shit en vervangers vind ik vaak smerig. Daarom snap ik ook wel dat een haai mij op wil eten. Kan best een zak chips voor hem meenemen, maar daar kan hij dan weer niks mee.
Dat maakt dieren voor mij net zo waardevol als mensen. Een van de voornaamste redenen waarom ik zo gek op ze ben? Omdat ze zo lekker direct zijn. Wij mensen draaien nog wel eens om dingen heen:
“Gaat het wel goed, schat?”
“JA HOEZO?!”
Snauwt men dan wel eens terug. Om er vervolgens in ontkenning verder te leven en er later op terug te komen:
“Ja sorry, ik was toch wel een beetje teleurgesteld over dat je zo weinig mayo bij m’n patat hebt gedaan.”
Zeg dat dan!
Dieren zijn als ze blij zijn gezellig, en als ze boos zijn bijten/krabben/spugen ze. Got ya. De boodschap is luid en duidelijk. Kan ik wat mee.
Ik roep dan ook bij elk dier: “die wil ik!”
Was uiterst irritant toen we op safari waren. Maar zo leuk vind ik ze dus.
Ik heb ze zelf nooit gehad — bewust niet, want daar gaat het bij mij wel helemaal mis. Eenmaal een kitten aangeschaft, vind ik dat ze gezelschap verdiend, en ben ik van mening dat hij/zij iemand nodig heeft om mee te praten als ik weg ben. Dus komt er een papegaai. De papegaai vindt de poes niet leuk dus krijgt die een vis. De vis is bang voor de poes dus krijgt die een waakhond. De hond kijkt graag naar paarden op televisie, dus denk ik: ach, vooruit dan maar.
En voor ik het weet staat er ook een paard in de gang.
Dat gaat net zolang door tot ik buiten slaap in het varkensverblijf, omdat het binnen te druk is en de varken het anders misschien koud krijgt.
Really Elise?!
Ja. Laat mij mijn gang gaan en geef me de middelen, en dan is dit een bloedserieus scenario.
Dwaalde weer af. Sorry.
Ice
Twee weken geleden liep ik met een vriendinnetje in de Intratuin, en ik was in een hele flauwe bui.
Je moet daar sowieso niet met mij heen gaan als je snel wilt zijn —
ik sta minstens een kwartier op de dierenafdeling met mijn neus tegen het raam geplakt: AAAH LIEF.
Bij deze even een disclaimer voor een eventuele volgende keer:
wat dieren betreft ben ik in the heat of the moment niet toerekeningsvatbaar.
Ik grapte naar haar, toen ik een dwergkonijn met flapoortjes zag: ‘ik zou het echt heel leuk vinden als ik deze voor mijn verjaardag kreeg’.
Ik had alleen niet verwacht dat ze over zou gaan tot actie. Gebeurde wel, en dus stond ze op 6 mei, mijn verjaardag, met een konijntje voor mijn deur. Het liefste cadeau wat ik ooit heb gekregen. Ja, janken tot en met — want look at here in bovenstaande banner. Vanaf het moment dat ik haar uit de doos haalde en in mijn armen nam, was het goed.
Ze was een kans want ze kwam op mijn pad.
En toch was ze raak. Meteen.
Wederzijdse liefde op het eerste gezicht.
Ik denk omdat ze mij is, in een andere vorm haha.
We lijken namelijk nogal op elkaar: nieuwsgierig, avontuurlijk, rondhuppelend, boevig, waaghalzig, eigenzinnig, knuffelig en zacht. Het enige verschil is ons toiletgedrag — heb het haar meermaals voorgedaan, maar daar heeft ze echt schijt aan.
Afijn, op de socials deelde ik al het een en ander van haar als trotse new mom.
Fun fact: er bestaat ook konijnenmaffia.
Ik heb nog nooit in zo’n korte tijd zoveel kritiek en ‘goed’ bedoelde maar ongevraagde tips binnengekregen. Vind ik stiekem alleen maar geinig.
‘Je moet echt twee konijnen want…’
‘Oh goed dat je het zegt. Trouwens, ik heb haar net Ben & Jerry’s gegeven en daarna lag ze heel stil op haar ruggetje. Ik heb haar toen aan haar oren vastgepakt en heel hard door elkaar geschud. Toen kwam alles eruit. Vinden ze dat niet lekker?!’
Mijn manier van zeggen: vraag op z’n minst eerst even hoe en wat, maar laat mensen vooral met rust. Een beetje vertrouwen in dat iemand het beste voor heeft met een ander. Gewoon een idee hoor… Misschien het proberen waard.
Ik wist namelijk op dag 3 al zeker dat ik Ice moest laten gaan, en daar had ik geen enkele hulplijn voor nodig.
HUH? WHUT? WHY?!
Ja echt.
Ik kijk verder dan dat.
Ik kijk naar hoe mijn leven eruitziet en projecteer dat op haar behoeften. Net als bij mensen is ook geen enkel dier hetzelfde, en ik zie niet ‘een konijn’ — ik zie haar.
En ik moet haar loslaten. Niet omdat het niet goed gaat. Maar juist omdat het zó goed gaat.
Ik kan een hele spreekbeurt houden met waarom wel en waarom niet.
En ja, daar zitten óók praktische redenen bij.
Eén daarvan is dat mijn huurbaas diertjes niet zo leuk vindt.
Ice mag dan wel bij mij in huis, maar ik betwijfel of ze haar liefde zo ver wil laten gaan dat ze een buitenverblijf met mij wil delen.
Dus hoe lief en dierbaar dit ook is — ik respecteer de regels van de dakpannen-eigenaar.
Maar de voornaamste reden blijft:
ik kan haar niet het leven geven wat ik vind dat zij verdient. Mits ik mijn leven aanpas aan dat van haar — en dat is voor ons allebei niet eerlijk.
Ik ben niet haar antwoord.
Dus gaat ze einde van deze maand naar een ander plekje: naar het vriendinnetje van wie ik haar kreeg.
Volgende week gaan we samen een vriendje voor haar zoeken, en daarna krijgen ze, tegelijk een fantastisch nieuw huis met heel veel ruimte en kindjes die ook met haar willen spelen.
Ze is mijn les.
Mijn les in voelen wat klopt, ook als het pijn doet.
Ze is mijn herinnering en bevestiging dat zacht en sterk tegelijk kan zijn.
Dat ik kan hechten zonder te bezitten.
Dat ik mag kiezen voor het welzijn van de ander, zonder mezelf als slecht te zien.
Ze heeft mij laten ervaren dat ik kan zorgen, verbinden, spiegelen, en dat ik heel goed kan lachen in het midden van verdriet.
Ze vraagt alleen iets aan mij terug, iedere keer als ik naar haar kijk. Met haar lijfje, haar blik, haar sprongen:
‘Mag ik het leven krijgen dat ik verdien, ook als jij daar geen deel van bent?’
Mijn antwoord is: ja.
Aan iedereen, ook die ik los heb gelaten en loslaat, is mijn antwoord iedere keer weer volmondig: ja.
Dus ook aan, voor nu nog, mijn konijn — waar ik echt tot over mijn oren verliefd op ben.
Tot slot
Potverdikkie zeg, dit is de eerste keer dat ik van mijn eigen schrijfsel moet janken. Great.
Ik kan het ook niet echt helpen.
Je mag mijn dierenliefde ver vinden gaan, maar met alle voorgaande voorbeelden, die ik heb gehad, is dit de mooiste manier van loslaten die ik ooit heb gedaan — en precies hoe ik het altijd had gewild.
Ze kwam op mijn pad, en hoe graag ik ook voor haar wilde kiezen — we kozen voor loslaten.
Ja, we, want ik weet zeker dat ze het ermee eens is.
Twee wezentjes die om elkaar geven, maar elkaar het beste gunnen.
Zonder ego’s, zonder hebzucht, zonder strijd.
Vind ik allesbehalve makkelijk — en ja, doet weer pijn.
Maar laat mij maar een ijskonijn zijn als dat betekent dat ik los moet laten vanuit onvoorwaardelijke liefde, want dat voel ik voor haar. De glimlach die daarvoor in de plaats komt, is namelijk het warmste gevoel dat ik ken en elke traan achter de schermen waard.
Zodat zij straks haar mooiste leven leidt.
En ik?
Ik loop verder, en krijg daar vanzelf mijn overduidelijke antwoorden voor terug — voor die van mij.
Als het mijn tijd is, want ooit word ik een fantastische mommy.
Maar tot die tijd geniet ik nog even van haar, zolang het kan.
Want dit beestje is echt héél grappig, en mijn mooiste cadeautje tot nu toe.
Het was dan ook een eer om even haar mamsie te zijn.
Het afscheidscadeau van Ice?
Een voorraad aan verstopte konijnenkeutels,
die ik de komende maanden overal in huis tegen ga komen.
Had ik al gezegd dat ik dol ben op verrassingen?!