Sprookjes

Je mag ‘drie, twee, één…’ roepen,
maar je kunt het woordje ‘GO’ rustig achterwege laten.

Vorige week pofte ik mijn slechtste verhaal ever hier neer. Dat was raar. Had ik verder ook geen verwachtingen van, behalve dat het inderdaad lekker oplucht. Alleen de volgende dag lag ik op de bank en dacht ik toch: ‘oh shit.’



Ik schreef hier dat ik eerst ‘de slechte’ tijden geef voordat ik aan de ‘goede’ begin. En ineens bedacht ik me: HOLY SHIT, ik moet eventjes ergens snel een prins op het witte paard fixen, want anders verliest de mensheid het vertrouwen in een goede afloop. Aangezien de meerderheid toch echt van mening is dat het pas een happy end is wanneer je samen met iemand het leven doorhuppelt. Is ook heel gezellig, weet ik uit ervaring. Zit alleen wel een ‘maar’ aan, en die komt vanzelf tevoorschijn, want is niet helemaal de waarheid als je het mij vraagt.



Het is me op zo’n korte termijn niet gelukt om iemand te regelen. Ik kreeg wel als verrassing een babykonijn voor m’n verjaardag vorige week. Ja, is een ander verhaal — moet je me maar volgen op Instagram. Ik weet niet of het voor anderen iets doet in het serotoninegehalte, maar ik vind het een gelijkwaardig alternatief voor nu. Het is ook relevant voor een andere keer, vandaar dat ik het alvast even benoem.



Waarom ik mijn vorige verhaal nodig had, is omdat hierdoor alles voor mij na twee jaar op z’n plek viel. Of nou ja, eigenlijk deden alle ervaringen in 2023 dat, maar dit was wel mijn hoogste dieptepunt.

Alles tezamen resulteerde in: van getrouwd, stabiel muurbloempje naar vrijgezellige ‘ik weet het ook allemaal ff niet meer en het zal allemaal wel’-dame. Is een behoorlijk interessante leerschool, kan ik je vertellen. Ik maakte het mezelf nou ook niet echt bepaald makkelijk in eerste instantie.

Terug in de tijd
Back in time. In 2008, als zestienjarige puber, kreeg ik verkering met een iets oudere meneer. Ondanks dat ik al vroeg een relatie had, heb ik nooit wat gemist eigenlijk. Wat dat betreft hadden we beiden ook alle vrijheid en ruimte om ons ding te doen. Ik heb flink wat af gefeest, alleen gereisd, volgde altijd mijn eigen dromen en eigen pad — en dit paste ook altijd samen.



Ik dacht echt dat ik met deze man, mijn jeugdliefde, samen oud, gelukkig en voldaan de oven in zou worden gedrukt later (tussen zes planken was geen optie, want hij had last van claustrofobie en ik vind hokjes gewoon saai).

Ik wilde nooit trouwen, is niks voor mij. Toch maakte ik met hem een uitzondering. Niet omdat hij dat zo belangrijk vond, maar omdat dit een handig formaliteitje was tijdens onze wereldreis (juridisch geneuzel, niks romantisch aan). We waren ook al twaalf jaar samen, dus het was ook geen rare stap, en ik had ook geen reden voor twijfels.

De reden dat ik nooit wilde trouwen is omdat:

  1. Ik niet houd van in de volle belangstelling staan.
  2. Ik vind pieken onder druk heel vervelend (zoals op zo’n feest), want misschien heb ik daar die dag wel helemaal geen zin in.
  3. En de belangrijkste: omdat ik mijn woord heel serieus probeer te nemen en ik het moeilijk vind dat niet iedereen de ‘belofte maakt schuld’-zin helemaal begrijpt. Als ik iets beloof, wil ik me daaraan houden. In voor- en tegenspoed.



Ik vind mezelf echt enorm ingewikkeld als ik daarop terug moet komen. En ja: het is ‘maar’ een papiertje, maar daar staat het wel voor. Ik kan lezen. Die meneer was veertien jaar lang de liefde van mijn leven, totdat ik het potje Tipp-Ex er even bij moest pakken om die laatste drie woorden te corrigeren.



Het was ook één van de redenen waarom ik zo lang ‘bleef’ in onze relatie, terwijl het allang trekken aan een dood paard bleek te zijn. Deels omdat ik engelengeduld heb en alles eerst ondersteboven achterstevoren moest bekijken en in de blender moest stoppen. Maar vooral ook omdat ik het intern niet aan mezelf kon verkopen dat ik vanwege eigenbelang mijn koffertje moest inpakken. Daar was nog één laatste verrassing voor nodig om mezelf ervan te overtuigen.

Ik wil niemand beledigen, maar GAD-VER-DAMME wat vond ik het moeilijk dat ik uiteindelijk tóch belandde bij het clubje ‘niet gelukt’ en officieel gescheiden mens. Het voelde als een gedwongen lidmaatschap waar ik dus absoluut geen interesse in had.

“Goh, jij ook ja?”
“Jajaja” *mompelt onaardige dingen binnensmonds*

Het kostte wat tijd voordat ik me erbij neer kon leggen dat ik er echt alles aan had gedaan, en dat dit sprookje gewoon geen happy end kreeg.

Ik had nog wat lessen te leren, blijkbaar.
Mijn oma zei het wel mooi:
“Joh, er is iets veel ergers dan scheiden — en dat is jezelf verloochenen.”

Had ze absoluut gelijk in. Sorry voor mijn eerdere oordeel — Was gewoon iets tussen mij en mij, kon het gewoon even niet ombuigen. Niks persoonlijks.

Oude vs. nieuwe schoenen
Ik vind op blote voeten lopen helemaal prima. Schoenen zijn comfortabel, maar als mijn oude helemaal naar de getver zijn, hoef ik niet per se alvast een nieuw paar klaar te hebben liggen. Ik wil zeker weten dat ik goed investeer. Als dat betekent dat ik eventjes rond moet speuren alvorens ik goede vervanging heb gevonden, en dus geen schoenen draag, dan is dat maar zo.

Schoenen zijn in dit geval mijn metafoor voor relaties. Pff, schei eens uit Els, huh?…
tja, denk zelf maar na, ik vind dit leuk bedacht zo.



Ik ben wel heel trots op het feit dat ik mijn schoenen nog nooit heb teleurgesteld door achter hun rug om stiekem een paar extra erbij te nemen, omdat ik graag opties wil — of for whatever reason. Die afspraak had ik ook altijd met mijn schoenen.



Wederom zijn applausjes overbodig. Is naast respect voor de ander ook puur eigenbelang. Ik ben zo slecht in liegen dat ik al ga stotteren van het idee dat ik het moet proberen. Ga ik heel raar van doen, want dan moet ik onthouden tegen wie ik wat heb gezegd enzo — krijg ik stress van. Maar vooral: mijn geweten vindt het niet leuk. Ga ik ook slecht van slapen (bleek wel uit voorgaand verhaal), en ook dat is mij heilig. Anders ga ik bijzondere beslissingen nemen…

Vrijgezellig
Ik werd dus weer vrijgezel, en als je mijn voorgaande verhaal hebt gelezen dan kun je misschien snappen dat ik niet de beste basis had om een goede start te maken. Ik was nogal complex. Nu ben ik nieuwsgierig, en wilde ik destijds ook vooral leuke afleidingen — dat in zak en as zitten vind ik zonde van de tijd. Eigenlijk had ik helemaal niet zoveel gedate in mijn leven, en ondanks dat ik absoluut geen nieuwe relatie wilde, had ik wel zin om mijn nieuwe status te (her)ontdekken.

Ik heb sowieso geen spoedcursusjes nodig als ik enthousiast ben trouwens. Je mag ‘drie, twee, één…’ roepen, maar je kunt het woordje ‘GO’ rustig achterwege laten. Ik ben allang vertrokken. Een vriendinnetje van mij zei destijds vaak: ‘Oh no, Els, ik denk dat ik een bench voor je koop, want dit wordt hartstikke gevaarlijk.’ Had ze wel een punt.

Begon al gelijk in de eerste week toen ik mijn laatste verrassing kreeg en ik dus weer officieel vrijgezel werd. De eerste sollicitant bood zich al aan, en daar hoefde ik niks voor te doen. ‘Elise, dit is geen goed idee hè. Ik denk…’ werd er gezegd. Maar alvorens de zin kon worden afgemaakt, kwispelde deze eigenwijze puberpup enthousiast met haar staartje, stak haar tong uit en zette het vol op het sprinten. ‘LA-LA-LA-LA-LA, ik hoor je niet’. Ik nam hem aan en dat was niet slim.

Dat ik niet op mijn best was, werd al snel duidelijk. Ik vond bijna alles grappig — ook wat helemaal niet grappig was achteraf. Ik heb, alvorens ik begon met EMDR, een shitload aan ervaring opgedaan in het vrijgezelle leven, om vervolgens tot de conclusie te komen: sommige mensen willen echt niet luisteren. En daarna: Elise, ga jij alsjeblieft eventjes af en koest in je mandje liggen, want jij maakt het jezelf nog moeilijker. Ik was me er nog he-le-maal niet van bewust dat mijn aan/uit-schakelaartje echt tijdelijk overbelast was.



Ik heb in vier maanden mezelf in zulke onhandige situaties gebracht dat ik echt beter tijdelijk in een kooitje had kunnen worden gestopt. Ja, echt klasse, ik ben blij dat niemand anders een trauma heeft opgelopen. Het bekennen van die verhaaltjes stel ik nog even uit, want ik moet nog een helm kopen voor het geval iemand mij wil bekogelen met tomaten omdat ze mij onaardig vinden.

De waarheid

Sommigen spreken Chinees, of Frans, of whatever.
Ik spreek Nederlands, Engels, een beetje Spaans — maar mijn moedertaal is de waarheid.
Voor veel mensen is de waarheid ingewikkeld, of slecht verteerbaar.
Ik vind de waarheid echt amazing. Kan ik wat mee.
Daar raak ik mensen ook altijd het hardst mee, en sta ik om bekend — in positieve én negatieve zin. Als je erom vraagt, weet je zeker dat je ‘m krijgt.

Toen ik gedeeltelijk uit stond, sprak ik die taal nog steeds.
Ik zei letterlijk: ik ben een draak op dit moment, ik kan je enkel een momentopname geven — op mijn voorwaarden, meer niet. Dus je mag kiezen. (Maar m’n advies? Run.)

Want ondertussen stond mijn binnenwereld op standje subtiel ontploffen.
Naast die eerlijke taal liep er nog een ander systeem mee dat ik minder goed begreep — eentje waarin ik feilloos aanvoelde wat van mij was, en wat niet. Alleen… ik trok me alsnog van alles aan.

Tijd voor een stukje fabrieksinstellingen.

Potjes & projecties
Mensen hebben bij mij vaak de indruk dat ik vooraan in de rij stond toen de potjes discipline werden uitgedeeld tijdens mijn schepping.
Goed nieuws: dat is niet zo — dat is gewoon aangeleerd gedrag.
Er is alleen wel een ‘foutje’ gemaakt bij het uitdelen van de spiegelneuronen bij mij, denk ik (geen idee of dit bestaat, zijn discussies over, maar klinkt wel wijs).

De verhoudingen zijn wat scheef, want ik was echt een kanjer in dingen alsnog eigen maken, die niet van mij waren.
Maakt ook dat bij mij niet zoveel ‘gek’ is.
Ik was zelfs geneigd om ‘auw’ te roepen voor een mier als ik erop stond, want dat leek me in het minst erge geval echt pijnlijke hoofdpijn opleveren — en dat vond ik heel vervelend voor hem/haar.

Is ook vrij vermoeiend, kan ik je vertellen — dat voor een ander voelen.
Gelukkig heb ik mijn optimisme als tegenvanger.
Als iemand op mij staat en ik krijg hoofdpijn, dan denk ik gewoon: had ik maar niet zo klein moeten zijn. En nu heb ik tenminste een excuus om een serie te bingen tijdens mijn herstel.
Alleen, niet iedereen denkt zo — en dat vond ik altijd zielig, want het maakt het allemaal zo zwaar.
Gun ik niemand, want lachen is veel leuker.

Ik kreeg destijds een groene sticker van mijn therapeut omdat ik niet helemaal uit stond.
Alle gebeurtenissen en acties werden op bewust gekozen momenten weer pijnlijk voelbaar, zodra ik mezelf weer ‘aan’ zette.

Alleen, omdat ik mezelf gelijk weer stortte in allerlei avonturen, kreeg ik ook te maken met andermans gevoelens — en dat was waar ik ze voor waarschuwde, want daar had ik geen energie voor.
Ieder z’n eigen verantwoording, maar ik maakte soms alsnog iets los bij anderen. En dat was precies wat ik niet wilde.

Uiteindelijk werden er ook vaak grenzen opgezocht of overschreden.
Voelde ik me een elastiekje: ‘even kijken hoeveel rek erop zit’.
‘Nou, de rek is op eigenlijk’.
*PATS*
Vond ik helemaal kut, want ik was nog lerende omdat ik gewend was om, als ik om iemand gaf, de rekening deels op mij te nemen en het te fixen.

Nu moest ik ‘m terug geven:
‘sorry meneer, voor eventuele gevoelens, maar bij deze moet je het allemaal even zelf uitzoeken. Ik moet zelf ook weer dingen gaan voelen. Zet ‘m op!’

(Eigen)waarde
Toen ik startte met EMDR heb ik mezelf een dateverbod opgelegd. Heb ik bizar lang volgehouden, kan ik je vertellen (ik heb blijkbaar echt veel discipline ;-).

Werkte echt te gek: geen ruis, geen afleidingen, maar helemaal de focus op mezelf en mijn blotevoetenpad.

Betekende niet dat ik niet openstond voor de eventuele uitzonderlijke verrassingen des levens, maar dat is me niet overkomen. Het universum, de opperbevelhebber, de knoppenbediener, het leven zelf of wie dan ook? zei: blijf jij voorlopig maar even lekker alleen, meiske.

Eigenlijk was de conclusie dat het met iedereen die op mijn pad kwam en/of weer vertrok ingewikkeld was. Misschien was ik het zelf wel hoor, kan. Maar ik vind dat persoonlijk niet nodig en geloof daar niet zo in. Als ik kies, dan kies ik 100%, en dat verwacht ik andersom net zo. Het mag best ‘moeilijk’ zijn, maar dat vind ik ook van het opmaken van mijn bed. Wat een afschuwelijke strijd is dat elke keer weer. Toch ben ik uiteindelijk altijd weer blij als ik me er doorheen heb geworsteld.

Potverdikkie, val na vier verhaaltjes al in herhaling, maar als er sprake is van scheve verhoudingen doet een ieder zichzelf te kort. Moet je gewoon niet willen, kwam ik al snel achter.

Je hoeft het allemaal helemaal niet in een ander te proberen zoeken. Bleek wel toen ik ‘uit’ stond — ik zocht gewoon naar een tijdelijke high buiten mezelf. Maakte ik fouten door, maar gelukkig mag ik mijn mensheid daarvan de schuld geven, want anders moet ik zelf nog de verantwoording gaan dragen. Dat laatste is natuurlijk een grapje.

Het was compleet mijn verantwoording om van mijn issues niet die van een ander te maken. Daarom waarschuwde ik ook, omdat ik heel goed wist dat ik voor een keuze stond: aan gaan of vluchten. Je mag me een badass noemen omdat ik uiteindelijk de keuze heb gemaakt om te gaan diepzeeduiken — maar ook ik wilde het zo nu en dan liever uitstellen. Om me met een cocktail, op mijn ligbedje rustig te laten bedienen. Dat laatste stukje is wel menselijk, want SPANNEND.

Helaas, duty was calling *zette duikbril op*.

Tot slot
‘Maar wat krijg je daar nou in godsnaam voor terug dan, Elise? Want dit klinkt saai. Waar kan ik dat schijtgoud nou vinden?!’

Ja hallo, dat ga ik niet in één verhaaltje vertellen — dan kom je niet meer terug. Daarbij komt dat het echt een hele heftige route is, kun je zelf beter ook eerst een helm voor aanschaffen, dus bij deze een tip.

Én ik moet daar allerlei bekentenissen voor doen, en aangezien ik mezelf in voorgaande verhalen ook wat lang van stof vond, ga ik dat ook in delen opsplitsen.

Wat ik wél kan zeggen is dat niks is wat het lijkt. Gaandeweg leer je met dingen om te gaan, zoals loslaten. Heel veel loslaten — waar ik het in het volgende verhaal over ga vertellen, want ik moet het nu, op dit moment van schrijven, (al)weer doen. Daar moet ik nog steeds van huilen, maar daar komt iets mooiers voor in de plaats en daar moet ik dan weer van glimlachen. Wat een prachtige balans hè? I know.

Het is allemaal niet zo ingewikkeld, alleen soms een beetje moeilijk.

Dus voor nu: geen prins, geen eindstation.
Alleen ik, een konijn, op blote voeten, op weg naar iets dat misschien voor de meesten geen sprookje is —
maar in werkelijkheid niks afdoet aan een mooi leven.
Want ik weet precies waar ik naartoe wil, en het stukje met wie dat blijft nog even open.
Ik heb in ieder geval mezelf, en gelukkig vind ik dat heel leuk gezelschap. Leuker dan ooit eigenlijk.
Ik vang m’n eigen waves. Niet altijd elegant, maar hé — ik blijf wel lachen.